Het gedrag van Nederlandse leerlingen in de klas is aanzienlijk slechter dan in veel andere landen. Dit blijkt uit een onderzoek van drie wetenschappers. Voor dit onderzoek vulden 15-jarige leerlingen uit 81 landen een enquête in over hun ervaringen in de les.
Uit de resultaten blijkt dat de leesvaardigheid van Nederlandse 15-jarigen snel achteruitgaat, mede doordat zij minder plezier beleven aan lezen. In de enquête is specifiek gevraagd naar een gemiddelde wiskundeles. 81 procent van de ondervraagden gaf aan dat er in sommige lessen niet geluisterd wordt naar de docent. Daarnaast meldde 7 procent dat er in alle wiskundelessen niet wordt geluisterd. Ook gaven leerlingen aan dat het vaak rumoerig is in de klas en dat schoolverzuim veel voorkomt.
Teleurstellende resultaten
De exacte oorzaken van deze cijfers zijn moeilijk vast te stellen. Nederland eindigde op de 65e plaats van de 81 onderzochte landen als het gaat om klassikale discipline. De Vlaamse onderzoeker Agirdag werkte mee aan het onderzoek: “In West-Europa scoort alleen Frankrijk slechter. Dat is geen compliment.”
Oorzaak is lastig
Onderwijssocioloog René Veenstra, die niet betrokken was bij het onderzoek, zegt in Trouw geschrokken te zijn van de cijfers. Hij is ervan overtuigd dat de slechte klassikale discipline de onderwijskwaliteit vermindert, en niet andersom. “De combinatie van een zwak klasklimaat, schoolverzuim en pesten ondermijnt de onderwijskwaliteit. Ik ben het eens met de onderzoekers dat er dringend beleid nodig is.”
Nederlandse mondigheid
Is de Nederlandse mondigheid wellicht een verklaring voor de lage positie op de ranglijst? De Vlaamse onderzoeker durft het bij gebrek aan bewijs niet te zeggen. Wel ziet hij dat het onderwerp in de politiek en wetenschap niet hoog op de agenda staat. “Ik ken weinig collega’s die hier hun expertise van hebben gemaakt.”
Docenten bijscholen
Daarnaast blijkt uit onderzoek van het Nederlands Instituut dat het helpt om docenten bij te scholen. Hiermee kan de overlast van storend gedrag omlaag, net als de stress bij de docenten. Wanneer leerkrachten beter in staat zijn om orde te houden, is dat voor alle betrokkene positief. Preventieve maatregelen tegen storend gedrag hebben een positiever effect op het klaslokaal dan achteraf proberen de schade te beperken.